Presterend vermogen veiligheidsregio’s
Welke factoren kunnen inzicht geven in het functioneren van de veiligheidsregio en daarmee als kader dienen voor de toekomstige uitwerking en invulling van het presterend vermogen? De voorzitter van het Multidisciplinair Adviesorgaan presenteerde hiervoor een concept aan het Veiligheidsberaad en de minister van Justitie en Veiligheid tijdens de vergadering in oktober 2018.
Wat levert presterend vermogen de regio’s op?
Tijs van Lieshout, voorzitter van het Multidisciplinair Adviesorgaan (MDA): “Presterend vermogen versterkt het lerend en ontwikkelend vermogen van de veiligheidsregio’s: weten regio’s hoe zij presteren, dan weten zij ook waar verbeterings- en professionaliseringsmogelijkheden liggen. Prestaties en inzichten van andere regio’s bieden belangrijke input hiervoor en dragen bij aan het vertrouwen tussen veiligheidsregio’s onderling – belangrijk bij bovenregionale crises. Op je buren moet je kunnen vertrouwen en je mag een bepaald basisvermogen verwachten. Ook kunnen regio’s zo transparant zijn richting onder andere bestuur, gemeenteraden en de minister. Verder is het huidige systeem rondom presterend vermogen onvoldoende passend voor de regio’s: het presteren wordt nu gebaseerd op inzetprestaties zoals opkomsttijden, uitruktijden en inzettijden die soms lastig te beïnvloeden zijn door regio’s vanwege ligging van de kazernes en het verkeer. Zaken die de regio’s wel sterk kunnen beïnvloeden zijn de voorbereidende activiteiten zoals de planvorming en (inzet)capaciteit, welke paraatheid heeft de regio? Met het oog op de evaluatie van de Wet veiligheidsregio is dit hét moment om afspraken te maken en te bepalen wat wel en wat juist niet in die wet vastgelegd moet worden.”

Factoren voor nadere uitwerking thema
Van Lieshout presenteerde een concept met vijf factoren dat aansluit op het uitgangspunt van het Veiligheidsberaad dat het bij presterend vermogen vooral om leren en kennisdeling gaat. Om goed te presteren, is het belangrijk enkele gezamenlijke afspraken te maken die input zijn voor leren en ontwikkelen. Iedere factor kent een eigen verantwoordelijke: voor wet- en regelgeving is dat de minister en voor het plan, de capaciteit en de inzet is dat het regionaal veiligheidsbestuur. Minister en bestuur zijn vervolgens samen verantwoordelijk voor het te bereiken maatschappelijk effect.
1. De maatschappelijke opdracht op basis van wet- en regelgeving
De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de regio liggen vast in de Wet veiligheidsregio. Ook is er aanvullende wet- en regelgeving en hebben andere wetten – zoals de Politiewet en Wet Publieke Gezondheid – een relatie met de taakuitvoering van de regio. De maatschappelijke opdracht van een veiligheidsregio is natuurlijk veel breder, een regio vult die aan met regionale risico’s en maatschappelijke ontwikkelingen als vertrekpunt.
2. Het plan
Om tot een beleidsplan te komen, maakt het bestuur van een regio vooraf afspraken over hoe zij tot de juiste strategische keuzes en afwegingen komt om de aanwezige risico’s te beperken en de brandweer- en crisisorganisatie op specifieke risico’s in te richten en voor te bereiden. Dit proces bepaalt in belangrijke mate de kwaliteit van het plan.
3. De capaciteit
Welke mono- en multidisciplinaire operationele capaciteiten heeft een regio allemaal beschikbaar? Om goed te kunnen presteren is goed georganiseerde paraatheid cruciaal: personeel is opgeleid en beschikbaar, materieel is inzetbaar, operationele teams zijn geoefend en de benodigde operationele informatie is actueel en voorhanden.
4. De inzet
De snelheid en effectiviteit van een inzet bij een calamiteit zijn belangrijke parameters voor het presterend vermogen. Daarnaast kennen regio’s ook een maatschappelijke inzet die bijdraagt aan het veiligheidsgevoel en de veerkracht van de samenleving. Bijvoorbeeld bewustwordingscampagnes en risico- en veiligheidsadvies.
5. Het maatschappelijk effect
Naast het streven naar vermindering van brand, schade en slachtoffers kunnen veiligheidsregio’s streven naar een hoog veiligheidsgevoel in een veerkrachtige samenleving en naar continuïteit van vitale voorzieningen
Verkennende bespreking Veiligheidsberaad en minister
In het Veiligheidsberaad van oktober wisselden het Veiligheidsberaad en de minister verkennend van gedachten over het thema presterend vermogen. De minister gaf hierbij aan begrip te hebben voor het beknellende gevoel dat regio’s kunnen ervaren door strak genormeerde prestatienormen en dat het goed is om dit in een eerste verkenning te bespreken. De voorzitters van de veiligheidsregio’s spraken de wens uit flexibel in te kunnen spelen op toekomstige ontwikkelingen. Voorzitter Veiligheidsberaad Bruls gaf aan dat het Veiligheidsberaad de komende maanden gezamenlijk verder gaat zoeken naar passende invulling van het concept presterend vermogen.
Dit is een bericht uit De Veiligheidsregio, de digitale nieuwsbrief van het Veiligheidsberaad en partners, editie oktober 2018.