Vandaag presenteerden de onderzoekers de resultaten van het Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel aan de leden van het Veiligheidsberaad. Het is een vervolg op een eerder uitgevoerd onderzoek in 2017, waarin de beleving van repressieve brandweermensen ten aanzien van ontwikkelingen in hun werk en in de brandweerorganisatie is onderzocht.
In 2021 is het onderzoek herhaald op verzoek van het Veiligheidsberaad en de Raad van Commandanten Directeuren Veiligheidsregio (RCDV). Een stuurgroep heeft toegezien op de uitvoering door de opdrachtnemer, op basis van de vastgestelde opdracht. Hierin zitten vertegenwoordigers van de RCDV, FNV Overheid, CNV Overheid, de CMHF, de Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers (VBV), het ministerie van Justitie en Veiligheid en het Veiligheidsberaad. Het onderzoek is uitgevoerd door NIPV, het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid en bestond uit kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethoden.
Resultaten
Er hebben 6.126 deelnemers aan het kwantitatieve deel van het onderzoek meegedaan, dat is 27% van al het repressief brandweerpersoneel. Alles bij elkaar genomen, zijn de deelnemers tevreden met hun werkzaamheden bij de brandweer. Ook zijn de deelnemers tevreden met de organisatie van de brandweer in hun veiligheidsregio. Net als in 2017 is de betrokkenheid bij de brandweer groot, met name bij de eigen brandweerpost.
Maar weinig deelnemers vinden dat de regio een duidelijk idee heeft over hoe de brandweer zich in de toekomst moet ontwikkelen. De meeste vrijwilligers geven aan dat hun werk goed is te combineren met een (hoofd)baan en privéleven. De algemene opinie over de werkdruk is dat die niet hoog is. Verschillende factoren, zoals de personele bezetting op de post en de arbeidstijdenwet zijn hierop van invloed. De eigen vakbekwaamheid is volgens ruim 2/3 van de deelnemers op orde en 80% geeft aan dat zij en hun collega’s tijdens een uitruk blindelings op elkaar kunnen vertrouwen. Een minderheid (20%) van de deelnemers geeft aan voldoende ruimte te krijgen om zelf mee te denken over het beleid, terwijl bijna alle deelnemers behoefte hebben om mee te denken.
Wat betreft de opkomsttijden geeft 82% aan dat die realistisch zijn. Bij de stellingen over uitruk op maat is, net als in 2017, een duidelijk verschil te zien in de mening van mensen die er ervaring mee hebben en zij die zelf niet met een variabele bezetting uitrukken. Mensen die ervaring hebben met uitdruk op maat zijn hierover positiever. De reacties over de verhouding tussen de werkvloer en het management zijn verdeeld, maar slechts weinig mensen zijn positief. In het algemeen is de mening dat voldoende aandacht wordt besteed aan veilig en gezond werken. Wat betreft de organisatiecultuur is het algemene beeld dat er sprake is van een veilige werksfeer. Corona blijkt nauwelijks van invloed te zijn geweest op het werk bij de brandweer.
Bij acht onderwerpen geeft rond de helft van de deelnemers aan dat ten opzichte van 2017 hun beleving niet is veranderd. Bij drie onderwerpen – organisatiecultuur, verhouding tussen werkvloer en leiding en vakbekwaamheid – is de beleving bij circa de helft van de deelnemers negatiever geworden. Men is daarentegen positiever over de arbeidsomstandigheden. De veranderingen t.o.v. van het onderzoek uit 2017 zijn daarmee klein. Er is een aantal veranderingen waarneembaar:
- Men is positiever over het werven van vrijwilligers dan in 2017;
- Het gevoel van waardering door de organisatie en het management is toegenomen;
- De waardering ten opzichte van ‘uitruk op maat’ is toegenomen;
- Men is positiever over hun eigen vakbekwaamheid;
- Er is geen verbetering geconstateerd in vaker realistisch oefenen – wat zou kunnen bijdragen aan veiliger werken.
Waardevol
Portefeuillehouder Wouter Kolff stelt namens het Veiligheidsberaad: ‘Wij zijn tevreden over het gelopen proces. Veel brandweermensen hebben meegedaan aan het belevingsonderzoek. Onze mensen blijken wederom zeer betrokken en men vindt het werk leuk en van groot belang. Men acht de organisatie vakbekwaam. Per regio zijn er nog allerlei bevindingen die aan alle 25 regio’s worden verstrekt. Het geeft hen inzicht in thema’s waar extra aandacht voor nodig is.’
Op 7 juli 2022 wordt een webinar georganiseerd, waarin de onderzoekers de resultaten toelichten.